De voorjaarskluifzwam of valse morielje (Gyromitra esculenta) is een paddenstoel uit de stam van de zakjeszwammen die op de Nederlandse rode lijst is aangemerkt als "bedreigd".
De voorjaarskluifzwam heeft een hersenachtige hoed met holtes. De hoed is van buiten bruin. De steel is soms recht maar vaak verbogen. De kleur van de steel is witachtig tot vleeskleurig, soms lila aangelopen.
De zwam komt voor op verrijkte, kale grond of op strooisel onder naaldbomen, soms onder loofbomen. De periode van fructificatie van de voorjaarskluifzwam is maart tot en met mei. Het verspreidingsgebied van de zwam omvat Noord-Amerika, Mexico, Europa en Turkije.
De giftige voorjaarskluifzwam wordt vaak aangezien voor de (na het bakken) eetbare morielje, eveneens een voorjaarspaddenstoel die tot de zakjeszwammen behoort.
De zwam bevat onder andere het potentieel dodelijke gyromitrine, een sterk temperatuurgevoelig gif. Het wordt minder giftig bij een temperatuur van 60 graden of hoger en wordt dus minder schadelijk nadat de paddenstoel is gekookt.[bron?] Vergiftigingssymptomen treden bij het nuttigen van deze paddenstoel pas na 10 tot 12 uur op en bestaan uit misselijkheid, transpireren, buikloop en rillingen. De werkzaamheid van het gif wordt ook tenietgedaan door droging. Maar ook dan is het mogelijk dat later een allergische reactie optreedt.[1] Bij herhaaldelijk eten van gedroogde of gekookte voorjaarskluifzwammen kan het gif zich in het lichaam ophopen tot een dodelijke hoeveelheid.
Ondanks de giftigheid geldt de voorjaarskluifzwam in sommige landen als een delicatesse.[2][3] De handel in de soort is sedert jaren verboden.[bron?]
De voorjaarskluifzwam of valse morielje (Gyromitra esculenta) is een paddenstoel uit de stam van de zakjeszwammen die op de Nederlandse rode lijst is aangemerkt als "bedreigd".