Acanthocardia paucicostata ist eine Muschelart aus der Ordnung der Cardiida.
Das gleichklappige, nur leicht ungleichseitige, aufgeblähte Gehäuse der Knotigen Herzmuschel wird ausgewachsen bis 50 mm hoch. Das Gehäuse ist im Umriss breit-eiförmig, deutlich länger als hoch. Der vordere Dorsalrand tritt deutlich hervor, der hintere Dorsalrand ist etwas weniger gebogen als der vordere Dorsalrand. Der Wirbel liegt nur wenig vor der Mitte der Gehäuselänge.
Die Oberfläche ist mit 16 bis 18 weit auseinander stehenden, kräftigen radialen Rippen versehen, jede der Rippen trägt eine Reihe von kurzen Dornen, die von der Mittellinie der Rippen ausgehen. Anfangs sind die Dornen dreieckig, stehen eng zusammen und verleihen den Rippen ein gezähneltes Aussehen. Weiter außen stehen sie weiter voneinander entfernt. Dort sind sie spatelförmig und etwas eingesenkter Oberseite. Die Rippen kreuzen sich mit kräftigen, konzentrischen runzligen Anwachslinien, die in den Rippenzwischenräumen am stärksten ausgebildet sind. Der Gehäuserand ist stark gezähnelt, die Zähnelung korrespondiert mit den Rippen und den Zwischenräumen.
Das externe Ligament ist ein erhabenes, deutliches Band auf einer deutlichen Nymphe.[1] In der rechten Klappe sind zwei Kardinalzähne vorhanden, von denen der hintere geringfügig größer ist als der vordere. Außerdem sind zwei vordere und ein hinterer Lateralzahn vorhanden. Die linke Klappe weist ebenfalls zwei Kardinalzähne auf, sowie je ein vorderer und ein hinterer Lateralzahn. Die Mantellinie ist nicht eingebuchtet.
Das Periostracum ist dünn, die Farbe reicht von weißlich bis dunkelgelb/hellbraun. Die Schale ist dünn, aber fest.
Das Verbreitungsgebiet der Art erstreckt sich vom Schwarzen Meer und Mittelmeer bis zu den Niederlanden, und im Süden bis Marokko und den Kanarischen Inseln.
Die Art lebt in sandigen Böden vom Flachwasser bis in etwa 300 Meter Wassertiefe.
Das Taxon wurde von 1834 von George Brettingham Sowerby II als Cardium paucicostatum erstmals beschrieben. Andere Autoren geben als Jahr der Erstpublikation 1841 an. Die Art wird heute zur Gattung Acanthocardia J. E. Gray, 1851 gestellt.[2]
Acanthocardia paucicostata ist eine Muschelart aus der Ordnung der Cardiida.
fossile Klappe aus dem Eem. Die Rippen und Dornen sind stark abgerieben.De tere hartschelp (Acanthocardia paucicostata) is een in zee levende tweekleppige weekdiersoort uit de familie van de Cardiidae.
De tere hartschelp bezit een relatief dunschalige, bijna ronde iets scheefovale schelp. Vanuit de top lopen tot maximaal 18 radiaire ribben. De ruimten tussen de ribben zijn bijna even breed als de ribben zelf. Vooral tussen maar ook wel zichtbaar op de ribben is een sculptuur van fijne maar scherp afgetekende concentrische dwarslijntjes aanwezig. Op het midden van de ribben loopt een verhoogde richel waarin op regelmatige afstand korte dorens staan. Deze stekels zijn bij de voorrand langer. De ribben hebben een driehoekige dwarsdoorsnede. De groeven aan de binnenkant van de schelp (de holle ribben) zijn duidelijk zichtbaar en lopen door tot bijna onder de top.
Acanthocardia paucicostata heeft een heterodont slot: in de linkerklep 2 en in de rechterklep 1 cardinale tand en 2 laterale tanden in beide kleppen. Het slot is in zijn geheel minder robuust als bij de verwante Acanthocardia soorten.
De schelp is geelbruin van kleur en heeft vaak donkerbruine banden. De binnenzijde is wit, porseleinachtig glanzend. Het periostracum is groenbruin en is bij vers materiaal vooral aanwezig tussen de ribben. Strandmateriaal is vaak bruin of blauw verkleurd.
De dieren leven ingegraven in een zand- of modderbodem, uitsluitend sublitoraal. Ze komen voor vanaf de laagste laagwaterlijn tot enkele tientallen meters waterdiepte. De soort behoort tot de infauna en filtert het voedsel uit het zeewater.
Dit is een Zuidelijke soort die tot voor kort niet in de Noordzee leefde. Sinds de negentiger jaren van de twintigste eeuw wordt zij levend in de Grevelingen aangetroffen.
Acanthocardia paucicostata is in het Noordzeebekken alleen uit het Eemien bekend. Exemplaren die (zeldzaam) op het Noordzeestrand aanspoelen hebben alle deze ouderdom.
Afgebeeld door Lorié[1]
De tere hartschelp (Acanthocardia paucicostata) is een in zee levende tweekleppige weekdiersoort uit de familie van de Cardiidae.