dcsimg

Brief Summary ( néerlandais ; flamand )

fourni par Ecomare
Bruinvissen zijn geen vissen en ze zijn ook niet bruin. De naam is dus wat vreemd. Vroeger werd gewoon alles wat in zee zwom 'vis' genoemd en alles wat donker van kleur was 'bruin'. In de middeleeuwen werden bruinvissen zeevarken genoemd. Toen werden ze veel gegeten. Bruinvissen kwamen vroeger in grote aantallen voor langs onze kusten. Vanaf 1950 werden ze steeds zeldzamer, maar vanaf 1995 werden ze plotseling weer steeds vaker gezien. Nu is het de meest voorkomende walvisachtige van de Noordzee.
licence
cc-by-nc
droit d’auteur
Copyright Ecomare
fournisseur
Ecomare
original
visiter la source
site partenaire
Ecomare

Bruinvis ( néerlandais ; flamand )

fourni par wikipedia NL
Icoontje doorverwijspagina Zie Bruinvis (doorverwijspagina) voor andere betekenissen van Bruinvis.
 src=
Bruinvis in Ecomare
 src=
Skelet van een bruinvis
 src=
Bruinvis met geslachtsorgaan

De bruinvis (Phocoena phocoena), vroeger ook vaak water- of zeevarken genoemd, is een zoogdier uit de onderorde der tandwalvissen. De wetenschappelijke naam van de soort werd als Delphinus phocoena in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus.[2] Het dier heeft een lengte van maximaal 1,80 m en een gewicht van maximaal 60 kilogram. Het was in 2014 de meest voorkomende walvissoort in de Noordzee.

Uiterlijk

Bruinvissen hebben een stompe snuit, een lage, driehoekige rugvin en (zoals alle walvisachtigen) een platte, horizontale staartvin. De rug is donkergrijs, de buik helderwit. Ze hebben spatelvormige tanden: 22 tot 28 paar in de bovenkaak, 21 tot 25 paar in de onderkaak. Hiermee 'grazen' ze de zeebodem af, waarna ze de gevonden visjes naar binnen zuigen.

De naam bruinvis lijkt vreemd, omdat deze dieren geen vissen zijn en ook geen bruine kleur hebben. Vroeger noemde men echter alles wat in de zee leefde een vis en alle grauwe kleuren werden bruin genoemd.

Leefwijze

De zoogdieren leven alleen of in kleine groepen van 2 tot 10 dieren en incidenteel in grotere groepen tot enkele tientallen dieren. De trekbewegingen van de bruinvis zijn onvoldoende bekend, maar er lijken verschillende populaties te bestaan die elk eigen zomer- en winterverblijven bezoeken. Een belangrijke kraamkamer is bij het Duitse Waddeneiland Sylt, daar worden 's zomers veel jongen geboren. De zoogtijd duurt acht maanden, daarna moet het jong zelf voor zijn eten zorgen. Dat dit soms niet goed lukt, blijkt uit het feit dat veel op het strand aangespoelde dode bruinvissen net een jaar oud zijn. Eenmaal volwassen worden de dieren gemiddeld twaalf tot vijftien jaar oud. Bruinvissen eten kleine levende dieren zoals vissen, pijlinktvissen en garnalen. Deze vinden ze met behulp van echolocatie. De frequentie van hun klikgeluiden ligt rond de 130 kHz. Een voordeel van die relatief hoge frequentie is dat orka's hen slecht horen.[3] Haaien en orka's zijn de grootste vijanden van de bruinvis, maar ook grijze zeehonden[4] vormen een potentieel gevaar.

Bruinvissen zwemmen voornamelijk vlak onder het zeeoppervlak. Ze kunnen net als een dolfijn uit het water springen, maar doen dit vrijwel nooit.

Verspreiding

De bruinvis komt voor in de kustgebieden van de oostelijke Atlantische Oceaan van de Noordelijke IJszee tot West-Afrika, in de Middellandse Zee, rond IJsland, het oostelijk gedeelte van de Grote Oceaan en aan weerszijden van de Straat Davis. Ze komen voor in ondiep zeewater met een temperatuur beneden de zeventien graden Celsius.[5]

Tot ongeveer het einde van de jaren 1950 was de bruinvis algemeen langs de Noordzeekust, maar in de jaren 1960 was de soort hier vrijwel verdwenen. Dit kwam door de massale lozing van gifstoffen via de rivieren en het eveneens sterk afnemen van de haringstand. Na 1985 werden weer af en toe kleine aantallen bruinvissen in de kustwateren gezien, en vanaf het jaar 2000 nam het aantal in het zuidelijk deel van de Noordzee snel toe. Het geschatte aantal voor de hele Noordzee was in 2016 250.000 exemplaren. De soort is alleen in juni werkelijk zeldzaam langs de kust; in alle andere maanden van het jaar kan hij worden waargenomen.

Waarnemingen

Bruinvissen zwemmen ook riviermondingen in.[6] In het verleden, met name in de 17e eeuw, werden ze tot in de grachten van Amsterdam waargenomen. In latere eeuwen zijn ze tot bij Keulen en Maastricht in de grote rivieren gesignaleerd. Een van de zeegaten waar de dieren veel gezien worden is de Oosterschelde.

In het Mechels dorp Leest werd in 1936 een bruinvis doodgeschoten door een cafébaas. Het onfortuinlijke dier was ver landinwaarts op de rivier de Zenne verzeild geraakt.[7] Het plaatselijke dorpscafé draagt sinds 1994 de naam "Den bruinvis".[8]

In maart 1940 zagen de militair W. Maton en zijn vriend N. van Laarhoven in de haven van Raamsdonksveer een vreemde vis zwemmen. Na veel moeite lukte het hen de vis te vangen. Het bleek een bruinvis te zijn met een lengte van 1,25 m en een gewicht van 35 kg. Een artikel daarover werd geplaatst in het Rotterdams Nieuwsblad van 9 maart dat jaar.

In de Oosterschelde leeft sinds 2006 een kleine populatie bruinvissen die daar het hele jaar door lijkt te blijven. Behalve dat de aantallen langs de Nederlandse kust snel zijn toegenomen is er ook sprake van een snelle toename van het aantal strandingen. Veel van de in Nederland aangespoelde bruinvissen blijken door verdrinking om het leven te zijn gekomen. Vermoedelijk verdrinken de dieren in vistuig dat in ondiep water wordt gebruikt.

In Terhagen werd in 2013 een bruinvis gezien in de rivier de Rupel.[9]

Eind juli 2016 werd een bruinvis in de grachten van Den Helder waargenomen.[10] Vermoedelijk dezelfde bruinvis werd enkele dagen later, begin augustus dat jaar, in Alkmaar gezien. Op 14 augustus werd het dier levenloos aangetroffen in de Nauernasche Vaart in Krommenie.[11]

Gevangenschap

 src=
Bruinvis in gevangenschap

Bruinvissen worden onder andere in Nederland, Denemarken en Japan in gevangenschap gehouden:

Nederland

Dolfinarium Harderwijk heeft een aantal bruinvissen in gevangenschap. Deze dieren zijn gestrand en konden na hun revalidatieperiode niet terugkeren naar zee. In Dolfinarium Harderwijk staat het gebouw Fort Heerewich, waarin zich de stichting SOS Dolfijn bevindt, een speciaal opvangcentrum voor kleine walvisachtigen. Na een herstelperiode worden deze dieren zo mogelijk weer uitgezet in het wild. Als een dier niet kan worden uitgezet, blijft het in het dolfinarium in de zogeheten 'Bruinvisbaai', waar dagelijks voorstellingen worden gegeven met bruinvissen. In 2009 is er eenmaal gekweekt met de bruinvissen, waarbij het jong in 2011 is gestorven.

Sinds 2012 zijn er in Ecomare op Texel bruinvissen van Harderwijk te bezichtigen.

Denemarken

Ook het Fjord and Baelt Center in Kerteminde vangt gestrande bruinvissen op. Zij mogen maximaal vier dieren houden. Het is er mogelijk om de bruinvissen vanuit een onderwatertunnel te bezichtigen. In het centrum wordt veel onderzoek gedaan naar onder andere echolocatie, met als doel in de toekomst de wilde bruinvispopulatie te beschermen tegen de visserij. In 2007 hebben zij voor de eerste keer ter wereld met bruinvissen gekweekt. In totaal zijn er drie jongen geboren in het centrum, die intussen[wanneer?] allemaal zijn overleden.

Culinair

Bruinvis wordt tegenwoordig nauwelijks nog gegeten. In de middeleeuwen was de bruinvis echter volksvoedsel. Hij werd gekookt en vervolgens gevuld met veel kruiden zoals peper, saffraan en kaneel. Het dier werd ook wel "meerzwijn", "zeevarken" en "varkensvis" genoemd, refererend aan de snuit die aan die van een varken doet denken.[12] In Brabantse archieven vindt men weleens "waterverken" als alternatieve benaming voor bruinvis. Hoewel het een zoogdier en dus geen vis is, stond de Rooms-Katholieke Kerk het eten van bruinvis tijdens de vasten en op vrijdagen toe.

De Nederlandse geslachtsnaam "Var(c)ke(n)visser" herinnert aan de vangst van bruinvissen.

Bronnen
Noten
  1. (en) Bruinvis op de IUCN Red List of Threatened Species.
  2. Linnaeus, C. (1758). Systema naturae ed. 10: 77
  3. How Killer Whales Boosted Porpoise Echolocation. LiveScience (12 juni 2013). Geraadpleegd op 12 juni 2013.
  4. Gray seals snack on harbor porpoises. Science News (27 januari 2014). Geraadpleegd op 27 januari 2014.
  5. Kaart met bruinviswaarnemingen in Nederland
  6. Strandingen in Nederland
  7. 't Ridderke, Trimesterieel Heemkundig tijdschrift van Hoembeka, 21ste jaargang 2006, nr. 3, juli - september; De jachtwachter had het geluk in de waters van de Senne een bruinvisch of in de volksmond een zeevarken te schieten van ongewone grootte en gewicht. De bruinvisch meet niet minder dan 1.54 meter en heeft het respectabel gewicht van 152 kg. Het werd opgemerkt nabij de brug van Hombeek, half boven water zwemmend en nu en dan een streep water loozend. Een 250 meter ver, werd de bruinvisch op het grondgebied van Leest met een drietal rake schoten het beest gedood en aan de kant gebracht
  8. Website café Den bruinvis
  9. Bruinvis gespot op Rupel in Rumst, De Standaard, 2 januari 2013
  10. Bruinvis gespot in Den Helderse grachten, Regionale Televisie Van Noord-Holland, 29 juli 2016
  11. Dode bruinvis aangetroffen bij Krommenie, nu.nl, 14 augustus 2016 (geraadpleegd op 15 augustus 2016)
  12. Terug in de taal - meerzwijn. Instituut voor de Nederlandse Taal. Geraadpleegd op 8 december 2016.
licence
cc-by-sa-3.0
droit d’auteur
Wikipedia-auteurs en -editors
original
visiter la source
site partenaire
wikipedia NL

Bruinvis: Brief Summary ( néerlandais ; flamand )

fourni par wikipedia NL
 src= Bruinvis in Ecomare  src= Skelet van een bruinvis  src= Bruinvis met geslachtsorgaan

De bruinvis (Phocoena phocoena), vroeger ook vaak water- of zeevarken genoemd, is een zoogdier uit de onderorde der tandwalvissen. De wetenschappelijke naam van de soort werd als Delphinus phocoena in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. Het dier heeft een lengte van maximaal 1,80 m en een gewicht van maximaal 60 kilogram. Het was in 2014 de meest voorkomende walvissoort in de Noordzee.

licence
cc-by-sa-3.0
droit d’auteur
Wikipedia-auteurs en -editors
original
visiter la source
site partenaire
wikipedia NL