Orthocephalus saltator ist eine Wanzenart aus der Familie der Weichwanzen (Miridae).
Die Wanzen werden 4,5 bis 5,6 Millimeter (Männchen) bzw. 3,5 bis 5,0 Millimeter lang (Weibchen).[1] Die Arten der Gattung Orthocephalus sind sehr dunkel gefärbt und im Körperbau eher gedrungen und an das Springen angepasst. Die Fühler sind komplett schwarz. Orthocephalus saltator kann von der ähnlichen Art Orthocephalus coriaceus durch die bräunlichen statt schwarzen Schienen (Tibien) der Hinterbeine unterschieden werden. Männchen sind in der Regel voll geflügelt (makropter), Weibchen haben verkürzte (brachyptere) Hemielytren.[2]
Die Art ist in ganz Europa und Nordafrika, östlich bis in die Kaspische Region verbreitet. Sie wurde durch den Menschen in Nordamerika eingeschleppt. In Deutschland und Österreich ist sie weit verbreitet und in der Regel häufig und tritt auch in den höheren Lagen der Alpen auf. Besiedelt werden vor allem trockene und warme Orte.[1]
Die Wanzen leben an Korbblütlern (Asteraceae), häufig an Kleinem Habichtskraut (Hieracium pilosella) und treten manchmal auch gemeinsam mit Orthocephalus coriaceus auf. Die flugfähigen Männchen können in der Nacht durch künstliche Lichtquellen angelockt werden. Wie auch Orthocephalus coriaceus kann man die adulten Wanzen von Anfang Juni bis Ende August, manchmal auch noch bis Anfang September beobachten.[1]
Orthocephalus saltator ist eine Wanzenart aus der Familie der Weichwanzen (Miridae).
Orthocephalus saltator is a Palearctic species of plant bug in the family Miridae.[1][2][3][4] It is found in Europe as far as the Caspian Sea and Siberia and to the south North Africa. O. saltator feeds on Asteraceae especially Hieracium pilosella and Poaceae[5]
Orthocephalus saltator is a Palearctic species of plant bug in the family Miridae. It is found in Europe as far as the Caspian Sea and Siberia and to the south North Africa. O. saltator feeds on Asteraceae especially Hieracium pilosella and Poaceae
De bruinscheenspringwants (Orthocephalus saltator) is een wants uit de familie van de blindwantsen (Miridae). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Carl Wilhelm Hahn in 1835.
De glanzende zwarte wants kan zowel kortvleugelig (brachypteer) als langvleugelig (macropteer) zijn. De langvleugelige langwerpig gevormde variant kan 4 tot 6 mm lang worden en het betreft dan meestal de mannetjes terwijl er ook langvleugelige vrouwtjes voorkomen. Het vrouwtje is echter meestal kortvleugelig, kan 3.5 tot 4.5 mm lang worden en is meer ovaal gevormd. Het lichaam is bedekt met zilverwitte haartjes. De antennes zijn zwart en de top van het tweede segment is enigszins verdikt. Ook de pootjes zijn zwart met uitzondering van de bruine schenen. Hiermee kan de wants goed springen. De bruinscheenspringwants lijkt sterk op de zwartscheenspringwants (Orthocephalus coriaceus). Zoals de naam al aangeeft is de kleur van de schenen verschillend. De bruinscheenspringwants kan ook in vochtiger biotopen gevonden worden terwijl de zwartscheenspringwants droge, kruidenrijke biotopen verkiest.
De volwassen wantsen worden van mei tot september gevonden op planten uit de composietenfamilie (Asteraceae) zoals muizenoor (Hieracium pilosella). De soort kent één generatie per jaar en de wants komt als eitje de winter door.
De wants is algemeen in heel Nederland, behalve in Flevoland. Verder strekt het verspreidingsgebied zich uit van Europa, Noord-Afrika, Azië tot aan Siberië en is de soort ook versleept naar Noord-Amerika.
De bruinscheenspringwants (Orthocephalus saltator) is een wants uit de familie van de blindwantsen (Miridae). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Carl Wilhelm Hahn in 1835.
Orthocephalus saltator[1][2][3] är en insektsart som först beskrevs av Carl Wilhelm Hahn 1835.
Orthocephalus saltator ingår i släktet Orthocephalus och familjen ängsskinnbaggar.[4][5][6] Arten är reproducerande i Sverige.[6] Inga underarter finns listade i Catalogue of Life.[4]
Orthocephalus saltator är en insektsart som först beskrevs av Carl Wilhelm Hahn 1835.
Orthocephalus saltator ingår i släktet Orthocephalus och familjen ängsskinnbaggar. Arten är reproducerande i Sverige. Inga underarter finns listade i Catalogue of Life.