De gele dovenetel (Lamium galeobdolon, synoniemen: Lamiastrum galeobdolon, Lamium luteum, Galeobdolon luteum en diverse andere) is een vaste plant van vochtige en beschaduwde plaatsen in gematigde gebieden.
Deze voorjaarsbloem bloeit met name in mei en juni. Bij een gunstig voorjaar kan de plant ook al in april bloeiend worden gevonden.
De cultivar Lamium galeobdolon 'Florentinum' kenmerkt zich door gevlekte bladeren. Deze cultivar wordt als bonte gele dovenetel of ook wel als gevlekte gele dovenetel aangeduid.
De soort komt op het Euraziatisch continent algemeen voor in gematigde streken, evenals in Noord-Afrika. De soort is in Noord-Amerika geïntroduceerd. In België en Nederland loopt de noordgrens samen met die van de beuk.
Alle ondersoorten en cultivars zijn min of meer groenblijvend. De volgende ondersoorten worden onderscheiden:
Doordat de plant zich sterk uitbreidt is het een ideale bodembedekker voor grote tuinen. De plant blijft laag, en de gevlekte bladeren van de diverse argentatum-cultivars vormen een sierlijk gezicht. Door bewortelde uitlopers in het voorjaar of in de herfst te planten, kan men de plant eenvoudig vermeerderen.
De plant vergt weinig verzorging, en vermeerdert zich veelal via wortelstokken. Bij een te droge ondergrond worden de bladeren geel en sterven af.
De gele dovenetel (Lamium galeobdolon, synoniemen: Lamiastrum galeobdolon, Lamium luteum, Galeobdolon luteum en diverse andere) is een vaste plant van vochtige en beschaduwde plaatsen in gematigde gebieden.
Deze voorjaarsbloem bloeit met name in mei en juni. Bij een gunstig voorjaar kan de plant ook al in april bloeiend worden gevonden.
De cultivar Lamium galeobdolon 'Florentinum' kenmerkt zich door gevlekte bladeren. Deze cultivar wordt als bonte gele dovenetel of ook wel als gevlekte gele dovenetel aangeduid.