Rossia moelleri is a species of bobtail squid native to the northern Atlantic Ocean and the Arctic Ocean, eastward to the Laptev Sea and westward to Amundsen Bay. It occurs off western and northeastern Greenland, northeastern Canada, Labrador, Spitsbergen, Jan Mayen, and in the Kara Sea. R. moelleri lives at depths from 17 to 250 m.[3]
R. moelleri grows to 50 mm in mantle length.[4]
In Norwegian waters, R. moelleri is preyed upon by haddock (Melanogrammus aeglefinus) and Atlantic cod (Gadus morhua).[5]
The type specimen was collected off Greenland. It was originally deposited at the Zoologisk Museum of Kobenhavns Universitet in Copenhagen, but is no longer extant.[6]
Rossia moelleri is a species of bobtail squid native to the northern Atlantic Ocean and the Arctic Ocean, eastward to the Laptev Sea and westward to Amundsen Bay. It occurs off western and northeastern Greenland, northeastern Canada, Labrador, Spitsbergen, Jan Mayen, and in the Kara Sea. R. moelleri lives at depths from 17 to 250 m.
R. moelleri grows to 50 mm in mantle length.
In Norwegian waters, R. moelleri is preyed upon by haddock (Melanogrammus aeglefinus) and Atlantic cod (Gadus morhua).
The type specimen was collected off Greenland. It was originally deposited at the Zoologisk Museum of Kobenhavns Universitet in Copenhagen, but is no longer extant.
Rossia moelleri is een dwerginktvis die voorkomt in de Noord-Atlantische Oceaan en de Noordelijke IJszee, oostwaarts naar de Laptevzee en westwaarts naar de Golf van Amundsen. Het komt voor aan West-en Noordoost-Groenland, het noordoosten van Canada, Labrador, Spitsbergen, Jan Mayen, en in de Karazee. R. moelleri leeft op een diepte van 17 tot 250 m.[1]
R. moelleri kan een mantellengte van 50 mm bereiken.[2]
In de Noorse wateren, wordt R. moelleri belaagd door schelvis (Melanogrammus aeglefinus) en de Atlantische kabeljauw (Gadus morhua).[3]
Het soorttype is verzameld aan de kust van Groenland. Het was oorspronkelijk gedeponeerd bij het Zoologisk Museum van de Københavns Universitet in Kopenhagen, maar het is niet langer bestaande.[4]
Bronnen, noten en/of referentiesRossia moelleri (лат.) — вид головоногих моллюсков рода Rossia из семейства сепиолиды (Sepiolidae)[1][2].
Арктический вид. Атлантический океан и Северный Ледовитый океан: от Канады и островов Гренландия и Шпицберген до моря Лаптевых. Встречаются на глубинах от 17 до 250 м[1][3][4].
Мелкие головоногие моллюски, длина до 5 см[5]. Щупальцы с расширенной неизогнутой булавой. Гектокотилизированы обе спинные руки. Гладиус развит. Светящиеся органы на чернильном мешке и папиллоивидные железы по бокам прямой кишки отсутствуют. Голова и передний край мантии не срастаются на спинной стороне[6][7]. Вид был впервые описан в 1856 году датским зоологом Япетусом Стенструпом (Johannes Japetus Smith Steenstrup; 1813—1897)[8]. В Норвежских водах головоногим моллюском R. moelleri питаются такие рыбы, как пикша (Melanogrammus aeglefinus) и атлантическая треска (Gadus morhua)[9]. Включен в список Международной Красной книги МСОП в статусе LC (Least Concern)[10].
Rossia moelleri (лат.) — вид головоногих моллюсков рода Rossia из семейства сепиолиды (Sepiolidae).
.jpg)
