El ratpenat pilós de Hardwicke (Kerivoula hardwickii) és una espècie de ratpenat de la família dels vespertiliònids que es troba a l'Índia, Xina, Indonèsia, Laos, Malàisia, Birmània, Filipines, Sri Lanka i Tailàndia.
Fou anomenat en honor de Thomas Hardwicke, un soldat i naturalista anglès dels segles XVIII i XIX.[1]
El ratpenat pilós de Hardwicke (Kerivoula hardwickii) és una espècie de ratpenat de la família dels vespertiliònids que es troba a l'Índia, Xina, Indonèsia, Laos, Malàisia, Birmània, Filipines, Sri Lanka i Tailàndia.
Fou anomenat en honor de Thomas Hardwicke, un soldat i naturalista anglès dels segles XVIII i XIX.
Hardwicke's woolly bat (Kerivoula hardwickii) is a species of vesper bat in the family Vespertilionidae.
It is found in Bangladesh,[2] China, India (Assam, Jammu and Kashmir, Karnataka, Meghalaya, Mizoram, Nagaland and West Bengal), Indonesia, Laos, Malaysia, Myanmar, Pakistan (Punjab), Philippines, Sri Lanka (Central Province), Thailand, Singapore and Vietnam. Its upper elevation limits are 2,500 meters and 100 meters above sea level. The current population of these bats is stable.[3]
In Southeast China this mammal is found to be quite common in the forest, but the number found, the population sizes, and ecological trends are unknown in South Asia. The only known information for the bat in this area is that it can be found in the warmer valleys of northeast Indonesia and in rice pad fields in Sri Lanka. They are also reported to be seen roosting in caves and buildings in the forests in these regions. This bat is mostly found in the tropical and subtropical regions in China, but has also been reported in forests and farming fields in these regions. They can also be found foraging in residential areas and roosting on rooftops. This bat can be found in a variety of forests in these regions including, primary, dry, hill forests, and lowland, montane, and ridgetop forests in all of these regions. They have also been seen roosting in rattan vine leaf in Indonesia and even a bamboo thicket in the Philippines.[4]
The bat has also been found to inhabit the forest understory of these regions and roosts in hollow trees or dead clusters of leaves. As typical with understory bats, this species is slow flying and highly maneuverable.[5]
This bat is listed as least concern. This is because of the suspected large population that has a wide geographic distribution. The bat can also sustain habitat modifications and is well known in protected areas, which makes it less likely to for its population to decline. The bat's population has been assessed by the IUCN in 1996 and 2008 and has remained at low risk/least concern.[3]
The fur on the dorsal, or backside, of the bat is typically a smoky brown color while the ventral portion is a lighter greyish-brown color. A forearm length for this bat is typically 31–36 millimeters, and the ears are approximately 11–15 millimeters. This species also has a more prominent size difference in the size of its premolars than other Kerivoula species, such as the painted bat[6] Wing membrane is blackish-brown but translucent. The fur is very soft and of moderate length.
This small bat has been found roosting above the digestive fluid in the pitchers of the carnivorous plant Nepenthes hemsleyana[7] (previously known as Nepenthes baramensis and informally as Nepenthes rafflesiana var. elongata),[8] which grows in the peat swamps and heath forests of Borneo.[9][10][11] This relationship appears to be mutualistic, with the plant providing shelter for the bats and in return receiving additional nitrogen input in the form of faeces. It has been estimated that the plant derives 34% of its total foliar nitrogen from the bats' droppings.[9]
Hardwicke's woolly bat (Kerivoula hardwickii) is a species of vesper bat in the family Vespertilionidae.
Kerivoula hardwickii es una especie de murciélago de la familia Vespertilionidae.
Se encuentra en China, India Indonesia, Laos Malasia, Birmania, Filipinas, Sri Lanka y Tailandia.
Kerivoula hardwickii es una especie de murciélago de la familia Vespertilionidae.
Kerivoula hardwickii Kerivoula generoko animalia da. Chiropteraren barruko Kerivoulinae azpifamilia eta Vespertilionidae familian sailkatuta dago
Kerivoula hardwickii Kerivoula generoko animalia da. Chiropteraren barruko Kerivoulinae azpifamilia eta Vespertilionidae familian sailkatuta dago
Kerivoula hardwickii (Horsfield, 1824) è un pipistrello della famiglia dei Vespertilionidi diffuso nel Subcontinente indiano e nell'Ecozona orientale.[1][2]
Pipistrello di piccole dimensioni, con la lunghezza della testa e del corpo tra 39 e 55 mm, la lunghezza dell'avambraccio tra 29 e 36 mm, la lunghezza della coda tra 40 e 50 mm, la lunghezza del piede tra 7 e 10 mm, la lunghezza delle orecchie tra 11 e 15 mm e un peso fino a 6 g.[3]
La pelliccia è lunga, fine e lanosa. Le parti dorsali variano dal marrone al marrone scuro, mentre le parti ventrali sono più chiare e grigiastre, con la base dei peli più scura. Il muso è lungo, appuntito e nascosto nel denso pelame facciale. Gli occhi sono piccolissimi. Le orecchie sono lunghe, strette, ben separate, a forma di imbuto e con una concavità sul bordo posteriore appena sotto l'estremità arrotondata. Il trago è lungo ed affusolato. Le membrane alari sono marroni e attaccate posteriormente alla base delle dita dei piedi. La lunga coda è completamente inclusa nell'ampio uropatagio.
Si rifugia nel denso fogliame e talvolta nelle cavità degli alberi. Ha un volo lento.
Si nutre di insetti raccolti sulla vegetazione spesso intorno alle case dei villaggi.
Una femmina che allattava un piccolo quasi completamente sviluppato è stata osservata nel mese di gennaio nella Penisola malese, mentre altre gravide sono state catturate sull'isola di Lombok a settembre ed ottobre.
Questa specie è diffusa nella provincia pakistana del Punjab, negli stati indiani dell'Assam, Jammu e Kashmir, Karnataka, Meghalaya, Mizoram, Nagaland e West Bengal, Sri Lanka, Bangladesh, Myanmar, Thailandia, Laos, Vietnam, Cambogia, province cinesi meridionali dello Yunnan, Guangxi, Fujian, Jiangxi, Guizhou, isola di Hainan, Sumatra, Giava, Borneo, Sulawesi; Siberut e Sipora nelle Isole Mentawai; Bali, Lombok, Nusa Penida, Kangean, Sumba nelle Piccole Isole della Sonda, isole filippine di Biliran, Bohol, Leyte, Lubang, Mindanao, Palawan, Samar; Peleng, Banggi e Karakelong nelle Isole Talaud.
Vive nelle foreste primarie, secche, collinari e muschiose, boschi di bambù tra 60 e 2.100 metri di altitudine. Si trova anche in aree agricole.
La IUCN Red List, considerato il vasto areale, la popolazione presumibilmente numerosa, la presenza in diverse aree protette e la tolleranza alle modifiche ambientali, classifica K.hardwickii come specie a rischio minimo (LC).[1]
Kerivoula hardwickii (Horsfield, 1824) è un pipistrello della famiglia dei Vespertilionidi diffuso nel Subcontinente indiano e nell'Ecozona orientale.
Kerivoula hardwickii is een vleermuis uit het geslacht Kerivoula die voorkomt van Sri Lanka, India en Zuid-China tot de Filipijnen, de Talaud-eilanden en de Kleine Soenda-eilanden. In Maleisië komt ook een gelijkende soort voor, K. krauensis. Voor deze soort zijn soms ondersoorten erkend, maar recente onderzoeken ondersteunen dat niet. Binnen deze soort bestaan mogelijk twee soorten, een met een afgeplatte en een met een normale schedel. De correcte naam voor de iets kleinere platschedelige vorm zou Kerivoula depressa kunnen zijn. Volgens DNA-gegevens bestaan er drie verschillende groepen binnen K. hardwickii, die niet elkaars nauwste verwanten zijn.
In de Filipijnen is de soort gevonden op Biliran, Luzon, Leyte, Mindanao en Samar, waar hij voorkomt van 60 tot 1600 m hoogte in regenwoud. Het is een kleine, bruine gladneus met een bleke buik en een lange, puntige tragus. Een enkel exemplaar uit het Kitangladgebergte op Mindanao, waar K. hardwickii is gevangen, is iets kleiner en vertegenwoordigt mogelijk een aparte soort. Voor dit exemplaar, een vrouwtje, bedraagt de totale lengte 81 mm, de staartlengte 42 mm, de achtervoetlengte 7 mm, de oorlengte 12 mm, de voorarmlengte 32,9 mm en het gewicht 4,0 g. Voor twee mannetjes van K. hardwickii uit hetzelfde gebergte bedraagt de totale lengte 84 tot 85 mm, de staartlengte 40 mm, de achtervoetlengte 8 tot 9 mm, de oorlengte 14 tot 15 mm, de voorarmlengte 34 mm en het gewicht 4 tot 5 g.
Een ondersoort van K. hardwickii, K. h. hardwickii heeft een mutualistische relatie met een variëteit van de bekerplant Nepenthes rafflesiana, meer bepaald N. r. elongata. De vleermuis slaapt in de beker, net boven de spijsverteringssappen van deze vleesetende plant. Waarschijnlijk biedt de plant hen bescherming. De plant kan zelfs beschutting bieden voor een moeder met haar jong. De plant zelf leeft ten dele van de uitwerpselen van de vleermuis; naar schatting haalt de plant een derde van zijn stikstof uit de uitwerpselen. De plant heeft relatief weinig spijsverteringssappen en stoffen die insecten aantrekken.[2]
Kerivoula hardwickii is een vleermuis uit het geslacht Kerivoula die voorkomt van Sri Lanka, India en Zuid-China tot de Filipijnen, de Talaud-eilanden en de Kleine Soenda-eilanden. In Maleisië komt ook een gelijkende soort voor, K. krauensis. Voor deze soort zijn soms ondersoorten erkend, maar recente onderzoeken ondersteunen dat niet. Binnen deze soort bestaan mogelijk twee soorten, een met een afgeplatte en een met een normale schedel. De correcte naam voor de iets kleinere platschedelige vorm zou Kerivoula depressa kunnen zijn. Volgens DNA-gegevens bestaan er drie verschillende groepen binnen K. hardwickii, die niet elkaars nauwste verwanten zijn.
Kerivoula hardwickii é uma espécie de morcego da família Vespertilionidae. Pode ser encontrada na China, Índia, Indonésia, Laos, Malásia, Myanmar, Filipinas, Sri Lanka e Tailândia.
Kerivoula hardwickii é uma espécie de morcego da família Vespertilionidae. Pode ser encontrada na China, Índia, Indonésia, Laos, Malásia, Myanmar, Filipinas, Sri Lanka e Tailândia.
Kerivoula hardwickii[3] är en fladdermusart som först beskrevs av Thomas Horsfield 1824. Kerivoula hardwickii ingår i släktet Kerivoula och familjen läderlappar.[4][5] IUCN kategoriserar arten globalt som livskraftig.[1] Inga underarter finns listade i Catalogue of Life.[4]
Denna fladdermus förekommer i Sydostasien från Pakistan och södra Kina till Filippinerna, Sulawesi och Små Sundaöarna. Arten vistas i låglandet och i bergstrakter mellan 60 och 2100 meter över havet. Individer fångades i skogar och över jordbruksmark men det är inte helt utrett vilket habitat arten föredrar. Kerivoula hardwickii vilar i grottor, i skogar (bland annat under stora blad) och under hustak.[1]
En anmärkningsvärd symbios består mellan arten och en växt av kannrankesläktet. Fladdermusen använder växtens "kanna" som sovplats och djurets avföring tillför växten mineraler.[6]
Arten blir 39 till 55 mm lång (huvud och bål), har en 35 till 43 mm lång svans och 31 till 36 mm långa underarmar. Pälsen har på ovansidan en blek brunaktig färg och på undersidan förekommer grå till ockra päls. Skallen har en något avplattad form. Kerivoula hardwickii skiljer sig från andra fladdermöss av samma släkte i avvikande detaljer av tändernas konstruktion.[7]
Kerivoula hardwickii söker ofta nära människans samhällen efter föda.[7]
Kerivoula hardwickii är en fladdermusart som först beskrevs av Thomas Horsfield 1824. Kerivoula hardwickii ingår i släktet Kerivoula och familjen läderlappar. IUCN kategoriserar arten globalt som livskraftig. Inga underarter finns listade i Catalogue of Life.
Denna fladdermus förekommer i Sydostasien från Pakistan och södra Kina till Filippinerna, Sulawesi och Små Sundaöarna. Arten vistas i låglandet och i bergstrakter mellan 60 och 2100 meter över havet. Individer fångades i skogar och över jordbruksmark men det är inte helt utrett vilket habitat arten föredrar. Kerivoula hardwickii vilar i grottor, i skogar (bland annat under stora blad) och under hustak.
En anmärkningsvärd symbios består mellan arten och en växt av kannrankesläktet. Fladdermusen använder växtens "kanna" som sovplats och djurets avföring tillför växten mineraler.
Arten blir 39 till 55 mm lång (huvud och bål), har en 35 till 43 mm lång svans och 31 till 36 mm långa underarmar. Pälsen har på ovansidan en blek brunaktig färg och på undersidan förekommer grå till ockra päls. Skallen har en något avplattad form. Kerivoula hardwickii skiljer sig från andra fladdermöss av samma släkte i avvikande detaljer av tändernas konstruktion.
Kerivoula hardwickii söker ofta nära människans samhällen efter föda.
Kerivoula hardwickii — вид рукокрилих родини Лиликові (Vespertilionidae).
Країни поширення: Бруней-Даруссалам, Камбоджа, Китай, Індонезія (Ява, Калімантан, Малі Зондські острови, Сулавесі, Суматра), Лаос, Малайзія (Сабах, Саравак), М'янма, Філіппіни, Таїланд, В'єтнам. Був записаний від 60 до 2100 м над рівнем моря. Мало відомо про середовище проживання і екологію цього виду. У Китаї мешкає як у лісових так і в сільськогосподарських середовищах проживання. Знайдений спочиваючим у печерах і будівлях.
Здається, немає серйозних загроз для цього виду. Вид був записаний в природоохоронних територіях.
Kerivoula hardwickii — вид рукокрилих родини Лиликові (Vespertilionidae).
Dơi mũi nhẵn xám (danh pháp hai phần: Kerivoula hardwickii) là một loài động vật có vú trong họ Dơi muỗi, bộ Dơi. Loài này được Horsfield mô tả năm 1824.[1]
Dơi mũi nhẵn xám (danh pháp hai phần: Kerivoula hardwickii) là một loài động vật có vú trong họ Dơi muỗi, bộ Dơi. Loài này được Horsfield mô tả năm 1824.
哈氏彩蝠(学名:Kerivoula hardwickii),又名哈氏长毛蝙蝠,为蝙蝠科彩蝠属的动物。分布于中国大陆、印度、印度尼西亚、老挝、马来西亚、缅甸、菲律宾、斯里兰卡和泰国。在中国大陆,分布于广西、福建、四川等地,主要生活于热带和亚热带森林(树洞以及岩洞)。该物种的模式产地在印度尼西亚爪哇。[2]
印尼婆罗洲的哈氏彩蝠能够在当地莱佛士猪笼草(Nepenthes rafflesiana)的捕虫囊中部居住,其粪便提供给猪笼草养分[4] 。
哈氏彩蝠(学名:Kerivoula hardwickii),又名哈氏长毛蝙蝠,为蝙蝠科彩蝠属的动物。分布于中国大陆、印度、印度尼西亚、老挝、马来西亚、缅甸、菲律宾、斯里兰卡和泰国。在中国大陆,分布于广西、福建、四川等地,主要生活于热带和亚热带森林(树洞以及岩洞)。该物种的模式产地在印度尼西亚爪哇。
하드윅양털박쥐(Kerivoula hardwickii)는 애기박쥐과에 속하는 박쥐의 일종이다.[1] 방글라데시[2]와 중국, 인도, 인도네시아, 라오스, 말레이시아, 미얀마, 필리핀, 스리랑카, 태국, 베트남에서 발견된다.[1] 일반적으로 분포 지역 내의 숲 하층에서 서식하며, 나무 구멍 속 또는 죽은 나뭇잎 무리 속 둥지에 매달려 지낸다. 숲 하층에 서식하는 박쥐로 느리게 비행하고 기동성이 뛰어나다.[3]
등 쪽 또는 뒷 쪽의 털은 일반적으로 검은 갈색인 반면에 배 쪽은 연한 회색빛 갈색을 띤다. 전완장은 일반적으로 31~36mm이고 귀 길이는 약 11~15mm이다. 다른 멋쟁이박쥐속 종들보다 소구치 크기도 두드러지게 더 차이가 나며, 멋쟁이박쥐처럼 거무스레한 갈색이지만 반투명의 날개 비막을 갖고 있다. 털은 아주 부드럽고, 길이는 적당하다.
하드윅양털박쥐는 작은 박쥐로 보르네오섬의 이탄 습지와 히스 숲에서 자라는 식충식물 벌레잡이통풀(Nepenthes hemsleyana[4], 이전에는 Nepenthes baramensis로 알려졌고 비공식적으로 Nepenthes rafflesiana var. elongata로 알려져 있다.)[5] 낭상엽 잎 속의 위산 위에 매달려 있는 모습으로 발견된다.[6][7][8] 이 둘은 식물이 박쥐에게 은신처를 제공하고, 박쥐는 대변의 형태로 추가적인 질소를 제공 받는 상리 공생 관계를 가지고 있다. 벌레잡이통풀은 박쥐 배설물에서 전체 엽면 질소의 33.8%를 추출하는 것으로 추산된다.[6]