Guidance for identification
Tavakühmik (Melanoleuca polioleuca) on kandseente hulka kuuluv seeneliik.
Seent on leitud ka Eestist.[1]
Seen on söödav.[1]
Tavakühmik (Melanoleuca polioleuca) on kandseente hulka kuuluv seeneliik.
Seent on leitud ka Eestist.
Seen on söödav.
De zwartwitte veldridderzwam (Melanoleuca polioleuca) is een paddenstoel uit de stam der steeltjeszwammen.
De gladde, grijszwart tot donkerbruine hoed van het vruchtlichaam is aanvankelijk gewelfd, maar later vlak, vaak met een lichte bult in het midden. Hij bereikt een doorsnede van drie tot acht centimeter. De witte tot crème gekleurde lamellen staan relatief dicht op elkaar en produceren witte sporen met afmetingen van 7 tot 9,5 bij 4,5 tot 5,5 micrometer.
De steel heeft een knolvormige basis en is gewoonlijk langer dan de breedte van de hoed. Hij heeft een lengte van vier tot negen centimeter en een doorsnede van acht tot vijftien millimeter. De kleur is donkerbruin met overlangs lopende groeven en vezels. Het witte tot okerbruine vlees van de zwam heeft een zwakke geur en is eetbaar.
De zwartwitte veldridderzwam is een saprofyt en komt voor op voedselrijk zand in loof- en naaldbossen, parken, tuinen, graslanden en bermen in Noord- en Zuid-Amerika en in Europa.[1] In Nederland is het een algemene soort. De paddenstoel is te vinden in nazomer en herfst.
De zwartwitte veldridderzwam (Melanoleuca polioleuca) is een paddenstoel uit de stam der steeltjeszwammen.
Melanoleuca polioleuca je grzib[2], co go nojprzōd ôpisoł Elias Fries, a terŏźnõ nazwã doł mu G. Moreno 1934. Podle Catalogue of Life[9][10] nŏleży Melanoleuca polioleuca i zorty Melanoleuca, i familije Tricholomataceae,[9][10].
Melanoleuca polioleuca je grzib, co go nojprzōd ôpisoł Elias Fries, a terŏźnõ nazwã doł mu G. Moreno 1934. Podle Catalogue of Life nŏleży Melanoleuca polioleuca i zorty Melanoleuca, i familije Tricholomataceae,.