Die boskoorsboom (Anthocleista grandiflora) is 'n immergroen boom wat in die Laeveld van Suid-Afrika voorkom. Die boom is hoog, skraal, hoog op vertak en word tot 30 m hoog. Dit groei in bergwoudrande, beskutte klowe en rivieroewers. Die bas is liggrys en glad. Die blare is enkelvoudig, baie groot en aan takpunte saamgebondel. Hulle voorkoms is glansend donkergroen aan die bokant en ligter onder. Die vrug is 'n groen bessie ongeveer so groot soos 'n druiwekorrel. Vrugtevlermuise, loeries en neushoringvoëls vreet graag die vrugte. Die blomme is roomwit, tulpvormig en ruik na jasmyn. Blomme word gedra as vertakte, eindstandige trosse van September tot Januarie.
Wikimedia Commons het meer media in die kategorie Boskoorsboom.
Wikispecies het meer inligting verwant aan: Boskoorsboom
Die boskoorsboom (Anthocleista grandiflora) is 'n immergroen boom wat in die Laeveld van Suid-Afrika voorkom. Die boom is hoog, skraal, hoog op vertak en word tot 30 m hoog. Dit groei in bergwoudrande, beskutte klowe en rivieroewers. Die bas is liggrys en glad. Die blare is enkelvoudig, baie groot en aan takpunte saamgebondel. Hulle voorkoms is glansend donkergroen aan die bokant en ligter onder. Die vrug is 'n groen bessie ongeveer so groot soos 'n druiwekorrel. Vrugtevlermuise, loeries en neushoringvoëls vreet graag die vrugte. Die blomme is roomwit, tulpvormig en ruik na jasmyn. Blomme word gedra as vertakte, eindstandige trosse van September tot Januarie.
Anthocleista grandiflora, commonly known as the forest fever tree, is a member of the family Gentianaceae. It is a tall, slender tree up to 30 m with a preference for forests in high rainfall areas. The leaves are very large, up to 100 cm x 50 cm, arranged in terminal clusters.
It is native to the mountains and escarpments of eastern Africa, from Uganda and Kenya in the north to South Africa and Eswatini in the south. In Zimbabwe it is limited to the Eastern Highlands and in South Africa it occurs mostly along rivers in and below the escarpment, and less often in lowveld riparian fringes. It is the only member of the Gentianaceae that reaches tree size in South Africa.[1]
Anthocleista grandiflora, commonly known as the forest fever tree, is a member of the family Gentianaceae. It is a tall, slender tree up to 30 m with a preference for forests in high rainfall areas. The leaves are very large, up to 100 cm x 50 cm, arranged in terminal clusters.
Anthocleista grandiflora (Afrikaans: Boskoorsboom) is een slanke, altijdgroene, tot 30 m hoge boomsoort met grote bladeren en bloemen, inheems van Zuid-Afrika tot in Kenia.[1] Het is de enige van ongeveer 50 soorten van het genus die zuidelijk tot in (noordelijk) Zuid-Afrika voorkomt.[2] Het genus bevat fikse bomen, maar wordt tot de Gentiaanfamilie gerekend.
Olifanten eten graag de 150x45 cm grote bladeren en ook rundvee eet de gevallen bladeren. Zwijnen, apen en vogels doen zich te goed aan de 30 mm lange ovale vruchten. Het hout is licht maar barst niet wanneer er een spijker doorheen geslagen wordt. Het is wel voor fruitdozen gebruikt.[1]
De boom wordt in de traditionele geneeskunde gebruikt als middel tegen malaria, wormen, diabetes, seksueel overdraagbare ziektes en epilepsie. De medische waarde is onderwerp van studie. Toxicologische studies hebben laten zien dat een extract van de bast geen mortaliteit bij muizen veroorzaakte vanaf 1000 mg/kg lichaamsgewicht.[3]
De boom bevat een tweetal monoterpenoïden, glucosiden van het sweroside-type, grandifloroside en methylgrandifloroside geheten.[4]
Een typische boom
Bloesem
De bladeren worden wel met die van de tabaksplant vergeleken
Zie de categorie Anthocleista grandiflora van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. Anthocleista grandiflora (Afrikaans: Boskoorsboom) is een slanke, altijdgroene, tot 30 m hoge boomsoort met grote bladeren en bloemen, inheems van Zuid-Afrika tot in Kenia. Het is de enige van ongeveer 50 soorten van het genus die zuidelijk tot in (noordelijk) Zuid-Afrika voorkomt. Het genus bevat fikse bomen, maar wordt tot de Gentiaanfamilie gerekend.
Olifanten eten graag de 150x45 cm grote bladeren en ook rundvee eet de gevallen bladeren. Zwijnen, apen en vogels doen zich te goed aan de 30 mm lange ovale vruchten. Het hout is licht maar barst niet wanneer er een spijker doorheen geslagen wordt. Het is wel voor fruitdozen gebruikt.
Anthocleista grandiflora là một loài thực vật có hoa trong họ Long đởm. Loài này được Gilg mô tả khoa học đầu tiên năm 1893.[1]
Bài viết liên quan Họ Long đởm này vẫn còn sơ khai. Bạn có thể giúp Wikipedia bằng cách mở rộng nội dung để bài được hoàn chỉnh hơn. Anthocleista grandiflora là một loài thực vật có hoa trong họ Long đởm. Loài này được Gilg mô tả khoa học đầu tiên năm 1893.
