Coincya richeri, manchmal Richers Schnabelsenf genannt, ist eine Pflanzenart aus der Gattung der Lacksenfe (Coincya) in der Familie der Kreuzblütengewächse (Brassicaceae). Sie ist ein Endemit der Westalpen.
Coincya richeri ist eine ausdauernde krautige Pflanze, die Wuchshöhen von 20 bis 60 Zentimetern erreicht. Die oberirdischen Pflanzenteile sind kahl. Der aufrechte Stängel ist beblättert.
Die in grundständigen Rosetten und wechselstängig am Stängel angeordneten Laubblätter sind in einen langen Blattstiel und eine Blattspreite gegliedert. Die Blattspreite ist länglich-eiförmig mit glattem bis unregelmäßig und wenig tief gezähntem Blattrand.
Die Blütezeit reicht von Juni bis August. Der Blütenstand ist anfangs schirmtraubig, später durch eine Verlängerung der Blütenstandsachse traubig. Die gestielte Blüte ist zwittrig mit doppelter Blütenhülle. Die vier aufrechten Kelchblätter sind bis zu 10 Millimeter lang. Die vier gelben Kronblätter sind 12 bis 20 Millimeter lang mit langem Nagel.
Die auf 8 bis 15 Millimeter langen Stielen waagerecht abstehenden Schoten sind 50 bis 80 Millimeter lang, kahl, mit deutlich dreinervigen Fruchtklappen und bis zu 20 Millimeter langem, zweischneidigem Schnabel.
Coincya richeri ist in den Westalpen vom Monte Viso bis zum Mont Cenis endemisch. In den subalpinen bis alpinen Höhenstufen gedeiht Coincya richeri in Höhenlagen von 1600 bis 2400 Meter. auf kalkarmen Böden, Schutt, in Felsspalten und auf Weiden.
Die Erstveröffentlichung erfolgte 1779 durch Dominique Villars unter dem Namen Brassica richeri Vill. in Prospectus de l'Histoire des Plantes de Dauphiné, Seite 40. Werner Greuter und Hervé Maurice Burdet stellten diese Art in Med-Checklist Notulae, 7 in Willdenowia, Band 13, 1983, S. 88 unter dem Namen Coincya richeri in die Gattung Coincya.[1] Weitere Synonyme für Coincya richeri (Vill.) Greuter & Burdet sind: Brassicella richeri (Vill.) O.E.Schulz, Erucastrum richeri (Vill.) Link, Hutera richeri (Lange) Gomez-Campo, Rhynchosinapis richeri (Lange) Heyw.[2] Der Gattungsname Coincya ehrt den französischen Botaniker Auguste Henri de Coincy (Auguste Henri Cornut de la Fontaine de Coincy) (1837–1903).[3]
Coincya richeri, manchmal Richers Schnabelsenf genannt, ist eine Pflanzenart aus der Gattung der Lacksenfe (Coincya) in der Familie der Kreuzblütengewächse (Brassicaceae). Sie ist ein Endemit der Westalpen.
Coincya richeri is a plant species in the family Brassicaceae.[1]
Coincya richeri can reach a height of 20–50 centimetres (7.9–19.7 in). This perennial herbaceous plant has a leafy stem and a basal rosettes of oblong-ovate leaves with a long petiole and serrated edges. The stalked hermaphrodite flowers are 15–20 millimetres (0.59–0.79 in) wide, with four yellow petals arranged in dense clusters at the top of the stem. The pods are crossed by three ribs. They bloom from June to August.
This plant is endemic to the Western Alps from Monte Viso to Mont Cenis.
This rare species can be found in on calcareous soils, debris, cracks in rocks and pastures at elevation of 900–2,400 metres (3,000–7,900 ft) above sea level.
Coincya richeri is a plant species in the family Brassicaceae.
Coincya richeri is een overblijvend kruid van het geslacht Coincya uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). Het is een endemische plant voor de westelijke Alpen.
De botanische naam Coincya is een eerbetoon aan de Franse botanicus Auguste-Henri de Coincy (1837-1903). Het soortelijk epitheton richeri is eveneens een eerbetoon aan een Franse botanicus, Pierre Richer de Belleval (1564-1632).
C. richeri is een meerjarige kruidachtige plant, die 20 tot 60 cm hoog wordt. De bovengrondse delen zijn onbehaard. De stengel staat rechtop en draagt een wortelrozet en meerdere verspreid staande stengelbladeren. De bladeren zijn gesteeld, onbehaard, langwerpig eivormig, met een gave tot onregelmatig en ondiep getande bladrand.
De bloeiwijze is een aanvankelijk een schermvormige tros, later een tros met viertallige bloemen, elk met vier opstaande kelkblaadjes en vier gele kroonblaadjes, 12 tot 20 mm lang, met een lange nagel.
De vrucht is een 5 tot 8 cm lange peul met aan de top een tot 2 cm lange snavel.
De bloeitijd is van juni tot augustus.
C. richeri komt voor in hooggebergtes in de subalpiene en alpiene zone, vooral op open plaatsen in rotsspleten, op alpiene graslanden en op puinkegels, op een hoogte van 1600 tot 2400 m.
De plant is endemisch voor de westelijke Alpen tussen de Monte Viso en de Mont Cenis.
Bronnen, noten en/of referentiesCoincya richeri is een overblijvend kruid van het geslacht Coincya uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). Het is een endemische plant voor de westelijke Alpen.
Coincya richeri là một loài thực vật có hoa trong họ Cải. Loài này được (Vill.) Greuter & Burdet mô tả khoa học đầu tiên năm 1983.[1]
Coincya richeri là một loài thực vật có hoa trong họ Cải. Loài này được (Vill.) Greuter & Burdet mô tả khoa học đầu tiên năm 1983.
