The Visayan leopard cat, known locally as maral, is a Sunda leopard cat (Prionailurus javanensis sumatranus) population in the Philippine Islands of Negros, Cebu and Panay.[1][2] It has been listed as vulnerable on the IUCN Red List in 2008 under its former scientific name P. bengalensis rabori as its range is estimated to be less than 20,000 km2 (7,700 sq mi), and the population was thought to be decreasing.[3]
Prionailurus bengalensis rabori was proposed in 1997 by anthropologist Colin Groves on the basis of morphological analysis of a skin and skull. He considered it a leopard cat subspecies.[4]
Results of phylogeographic research show that Sunda leopard cats from Borneo, Sumatra and the Philippine islands are genetically very similar. The Sunda leopard cat probably reached the Philippine islands from Borneo after the eruption of Toba Volcano during the late Pleistocene glaciation.[5] It has therefore been subsumed to P. javanensis sumatranus in 2017.[2]
The fur of the Visayan leopard cat is dark ochre to buffy fawn with large and dark spots. Its skull is a little narrower than of Sumatran leopard cat and Bornean leopard cat.[4]
The Visayan leopard cat is endemic to the Philippine islands of Panay and Negros where it inhabits remnant forest fragments. In Cebu, it has also been recorded in sugarcane farms.[3] It is probably locally extinct or close to extinction on the islands of Cebu and Masbate. Panay and Negros islands have lost 90%–95 % of their natural habitat.[6]
Five Visayan leopard cats are housed at the Mariit Wildlife and Conservation Park at the West Visayas State University campus in Lambunao, Iloilo.[7][8] Two of these were rescued from Pontevedra, Capiz, and have been named Ponte and Vedra.[7]
{{cite journal}}
: CS1 maint: uses authors parameter (link) {{cite web}}
: CS1 maint: url-status (link) {{cite web}}
: CS1 maint: url-status (link) The Visayan leopard cat, known locally as maral, is a Sunda leopard cat (Prionailurus javanensis sumatranus) population in the Philippine Islands of Negros, Cebu and Panay. It has been listed as vulnerable on the IUCN Red List in 2008 under its former scientific name P. bengalensis rabori as its range is estimated to be less than 20,000 km2 (7,700 sq mi), and the population was thought to be decreasing.
Prionailurus bengalensis rabori is een ondersoort van de Bengaalse tijgerkat (Prionailurus bengalensis) die voorkomt op de Filipijnse eilanden Cebu en waarschijnlijk ook Negros en Panay. Deze ondersoort is genoemd naar wijlen Dioscoro Rabor, een belangrijke Filipijnse deskundige op het gebied van zoogdieren en vogels. Rabor heeft onder andere het holotype van P. b. rabori gevangen.
Prionailurus bengalensis rabori heeft een okerkleurige tot geelbruine vacht met grote, donkere vlekken. Het witte deel van het gezicht is vrij klein. De totale lengte van het holotype bedraagt 396 mm, de staartlengte 120 mm, de achtervoetlengte 15 mm, de oorlengte 17 mm en de schedellengte 81,1 mm.
Prionailurus bengalensis rabori is een ondersoort van de Bengaalse tijgerkat (Prionailurus bengalensis) die voorkomt op de Filipijnse eilanden Cebu en waarschijnlijk ook Negros en Panay. Deze ondersoort is genoemd naar wijlen Dioscoro Rabor, een belangrijke Filipijnse deskundige op het gebied van zoogdieren en vogels. Rabor heeft onder andere het holotype van P. b. rabori gevangen.
Prionailurus bengalensis rabori heeft een okerkleurige tot geelbruine vacht met grote, donkere vlekken. Het witte deel van het gezicht is vrij klein. De totale lengte van het holotype bedraagt 396 mm, de staartlengte 120 mm, de achtervoetlengte 15 mm, de oorlengte 17 mm en de schedellengte 81,1 mm.