Aeonium sect. Greenovia ist eine Sektion aus der Gattung Aeonium. Der botanische Name Greenovia ehrt den englischen Geologen George Bellas Greenough.
Die Arten der Sektion Greenovia unterscheiden sich von der Gattung durch folgende Merkmale: Die ziemlich kleinen Rosetten sind einzeln oder bilden Ausläufer. Die Laubblätter haben teilweise einen durchscheinenden Rand oder sind dicht drüsenhaarig. Der Blütenstand ist dicht beblättert und bildet mehr oder weniger kompakte Scheindolden. Die 18- bis 32-zähligen Blüten sind tiefgelb.
Die Arten der Sektion Greenovia sind auf den Kanarischen Inseln verbreitet.
Nach Reto Nyffeler umfasst die Sektion Greenovia folgende Arten:[1]
Weiterhin gehören folgende Hybriden in die Sektion:
Aeonium sect. Greenovia ist eine Sektion aus der Gattung Aeonium. Der botanische Name Greenovia ehrt den englischen Geologen George Bellas Greenough.
Greenovia is een geslacht van overblijvende planten uit de vetplantenfamilie (Crassulaceae). Het geslacht is kenmerkend voor de Canarische Eilanden en omvat een aantal voor die archipel endemische soorten.
Het geslacht is nauw verwant met Aeonium en wordt door sommige auteurs als een sectie daarvan beschouwd.
De botanische naam Greenovia is een eerbetoon aan George Bellas Greenough (1778-1855), een Brits geoloog.
Greenovia zijn overblijvende, kruidachtige planten, met korte, onvertakte stengels en alleenstaande, overwegend kleine, fraaigevormde bladrozetten. De bladeren zijn dicht viltig behaard of berijpt, met een hyaliene bladrand.
De bloeiwijze is een kegelvormige tros. De bloemen dragen 18 tot 32 kroonblaadjes.
Greenovia-soorten groeien op zonnige of licht beschaduwde plaatsen op verweerde vulkanische bodem, van 150 tot 2.300 m hoogte.
Het geslacht is inheems op de westelijke Canarische Eilanden Tenerife, La Palma, El Hierro, La Gomera en Gran Canaria, en vier soorten zijn endemisch voor deze eilanden.
Verder komen ze voor op Madeira, in Marokko en in Oost-Afrika.
Naargelang van de auteur wordt Greenovia beschreven als een apart geslacht of als een sectie van het grotere geslacht Aeonium, oder de naam Aeonium sect. Greenovia.
Adromischus · Aeonium · Aichryson · Chiastophyllum · Cotyledon · Crassula · Diamorpha · Dudleya · Echeveria · Graptopetalum · Greenovia · Hylotelephium · Hypagophytum · Jovibarba · Kalanchoe (Kalanchoë) · Lenophyllum · Monanthes · Orostachys · Pachyphytum · Perrierosedum · Phedimus · Pistorinia · Prometheum · Pseudosedum · Rhodiola · Rosularia · Sedum (Vetkruid) · Sempervivum (Huislook) · Thompsonella · Tylecodon · Umbilicus · Villadia
Greenovia is een geslacht van overblijvende planten uit de vetplantenfamilie (Crassulaceae). Het geslacht is kenmerkend voor de Canarische Eilanden en omvat een aantal voor die archipel endemische soorten.
Het geslacht is nauw verwant met Aeonium en wordt door sommige auteurs als een sectie daarvan beschouwd.