De Aziatische korfmossel (Corbicula fluminea) is een exoot die in 1988 voor het eerst in de Nederlandse wateren is gevonden werd en nu algemeen voorkomt. De vermoedelijke oorsprong is Zuidoost-Rusland. (Gittenberger et al., 1998).
Een volwassen Aziatische korfmossel wordt tot 3,8 cm lang.
Het uiterlijk lijkt sterk op de nauw verwante toegeknepen korfmossel die eveneens in de wateren van de Benelux is te vinden. Verschillen zijn dat de toegeknepen korfmossel fijner is geribbeld, van boven is “toegeknepen” en van binnen paarser is dan de Aziatische korfmossel.
De Aziatische korfmossel wordt gegeten door de Scholekster. Exemplaren die het slachtoffer van predatie zijn, hebben een kenmerkende beschadiging. Beide kleppen zitten met de slotband nog aan elkaar vast, één van beide kleppen is onbeschadigd en bij de andere klep zijn kleine stukken bij de onderrand van de schelp afgebroken. Omdat de Aziatische Korfmossel vooral in rivieren leeft, kan de Scholekster deze soort alleen onregelmatig als voedsel gebruiken bij incidentele lage waterstanden.
In de Verenigde Staten is het dier eveneens een exoot en uitgezet door de Aziatische gemeenschap die het dier graag eet. De herkomst van de Nederlandse populatie is niet bekend.
Een verwante fossiele soort kwam tijdens bepaalde warme perioden (interglaciaal) in het Midden en Vroeg Pleistoceen ook in Europa voor.
De Aziatische korfmossel (Corbicula fluminea) is een exoot die in 1988 voor het eerst in de Nederlandse wateren is gevonden werd en nu algemeen voorkomt. De vermoedelijke oorsprong is Zuidoost-Rusland. (Gittenberger et al., 1998).