Diversidoris sulphurea is a species of colourful sea slug, a dorid nudibranch, a shell-less marine gastropod mollusk in the family Chromodorididae.[2][3]
This marine species is endemic to warm temperate Australia and occurs off New South Wales, South Australia, Tasmania, Victoria and Western Australia.[4][5]
This species comes in two colour forms, one from subtropical eastern Australia and one from warm temperate eastern and southern Australia. In New South Wales animals the whole of the body is a uniform bright yellow with regular orange spots around the mantle edge, sometimes touching the edge but usually just submarginal.[4] Specimens from Tasmania, Victoria and South Australia differ from New South Wales animals in having regularly spaced white specks all over the mantle except for a clear band near the edge and the orange spots being more diffuse.[6][7][8][9]
In New South Wales and Tasmania this species is always found on yellow species of the sponge genus Darwinella identical in colour to the nudibranch.[4]
Diversidoris sulphurea is a species of colourful sea slug, a dorid nudibranch, a shell-less marine gastropod mollusk in the family Chromodorididae.
Diversidoris sulphurea is een zeenaaktslak uit de familie van de Chromodorididae.[1] De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1986 door Rudman.
Deze slak komt voor langs de kusten van Zuid-Australië (van Nieuw-Zuid-Wales tot West-Australië), op een diepte van 6 tot 10 meter. De naam sulphurea is afgeleid van het Latijnse woord sulphur, wat zwavel betekent. Dit verwijst naar de zwavelgele kleur van de slak. De slak is felgeel, met een dito mantelrand en oranje vlekken. De kieuwen en de rinoforen zijn eveneens felgeel. Ze wordt, als ze volwassen is, zo'n 12 tot 22 mm lang. Ze voeden zich met sponzen.
Diversidoris sulphurea is een zeenaaktslak uit de familie van de Chromodorididae. De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1986 door Rudman.
Deze slak komt voor langs de kusten van Zuid-Australië (van Nieuw-Zuid-Wales tot West-Australië), op een diepte van 6 tot 10 meter. De naam sulphurea is afgeleid van het Latijnse woord sulphur, wat zwavel betekent. Dit verwijst naar de zwavelgele kleur van de slak. De slak is felgeel, met een dito mantelrand en oranje vlekken. De kieuwen en de rinoforen zijn eveneens felgeel. Ze wordt, als ze volwassen is, zo'n 12 tot 22 mm lang. Ze voeden zich met sponzen.