dcsimg

description

provided by World Register of Marine Species
Lang bleef de identiteit van deze soorten een mysterie. Door gebrek aan verkalking en skeletkenmerken is het onderscheiden van soorten moeilijk. Recent onderzoek bracht klaarheid in de ware identiteit van sommige soorten. Over deze familie is nog volop onderzoek bezig en het laatste woord is er zeker nog niet over geschreven. Het aantal tentakels varieert binnen één soort volgens groeiplaats en concurrentiedruk. Een combinatie van kenmerken zoals kolonievorm, kleur, aantal tentakels, voortplantingswijze en substraatvoorkeur maken een betrouwbare determinatie mogelijk. Genetisch onderzoek geeft in twijfelgevallen uitsluitsel. De meeste soorten broeden embryo’s in de zoïden en brengen larven voort. Andere soorten scheiden eieren af die zich in de waterkolom ontwikkelen tot larve. Enkel de soorten die eieren voortbrengen (A. condylocinereum, A. parasiticum en A. mytili), ontwikkelen een intertentaculair orgaan. Dit orgaan speelt een rol in de opname van sperma en het uitscheiden van eieren en is, indien aanwezig, een goed determinatiekenmerk.

Reference

De_blauwe, H. (2009). Mosdiertjes van de Zuidelijke Bocht van de Noordzee: Determinatiewerk voor België en Nederland. Vlaams Instituut voor de Zee, Oostende. 464.

license
cc-by-4.0
copyright
WoRMS Editorial Board
contributor
De Blauwe, Hans, H.